Tekstgrootte
We hebben als school een aantal gedragsregels opsteld over hoe wij met elkaar omgaan op Harbour Bilingual.
De vijf gouden regels zijn:
1 We zijn aardig voor elkaar
2 We lossen problemen goed op
3 We zijn rustig in de school
4 We houden de school en de spullen netjes
5 We hebben respect voor elkaar
De eerste weken na de zomervakantie besteed de leerkracht uitgebreid aandacht aan deze Gouden regels. Wat betekent deze regel nu voor onze klas? De leerkracht gebruikt spelvormen die zorgen voor een positieve groepsvorming en toepassen van de regels. Het uitgangspunt hierbij is "Positief gedrag belonen!".
Op onze school gebruikt in de groepen 3 t/m 8 het het volgsysteem ZIEN! Dit is een digitaal hulpmiddel die een leerkracht helpt het sociaal-emotionele functioneren van een kind in kaart te brengen. Het programma geeft ook handvatten aan de leerkracht hoe zij de groep of een kind extra zou kunnen ondersteunen.
Leerlingen van groep 5 tot en met 8 vullen zelf een vragenlijst in. Dit geeft de leerkracht een beeld hoe het kind zich voelt. De uitslag van deze vragenlijst vormt een mooie aanleiding voor een gesprek: waarover ben je tevreden? Wat zou er anders kunnen? Wat kun jij daar zelf voor doen? Hoe kan ik jou daarbij helpen?
Betrokkenheid, welbevinden en vijf sociale vaardigheden
ZIEN! stelt de leerkracht (en leerling) vragen over zeven onderdelen. Dat zijn Betrokkenheid en Welbevinden en de vijf sociale vaardigheden: Sociaal initiatief, Sociale flexibiliteit, Sociale autonomie, Impulsbeheersing en Inlevingsvermogen.
Bij Betrokkenheid gaat het om de gerichtheid om een taak. Concentratie op het werk is duidelijk te zien. Het kind laat zich niet zomaar afleiden, ook al is er bijvoorbeeld drukte van andere kinderen om hem heen. Bij Welbevinden gaat het om ‘zich thuis voelen’ en ‘zichzelf kunnen zijn’. Het kind toont een blijde en levenslustige indruk. Sociaal initiatief is de mogelijkheid om contact te kunnen maken met andere kinderen en iets uit zichzelf durven te vertellen. Sociale flexibiliteit is een vaardigheid die belangrijk kan zijn om bijvoorbeeld goed te kunnen samenwerken met andere kinderen. Het kind is in staat om een compromis te sluiten en kan zijn eigen plan loslaten als dat nodig is. Teleurstellingen horen erbij, maar het kind kan zich over de teleurstelling heen zetten. Bij Sociale Autonomie gaat het met name over eigen keuzes maken en voor jezelf opkomen. Beschikken over ‘eigenheid’ bevordert namelijk dat je bij je eigen keuzes kunt blijven, de groepsdruk kan weerstaan en niet al te afhankelijk bent van wat anderen van je vinden. Wanneer een kind eerst denkt en daarna doet, dan laat hij zien dat hij controle heeft over zijn eigen gedrag. Dit wordt Impulsbeheersing genoemd. Hij vraagt weinig aandacht en kan zich goed aan de regels houden. Hierdoor is het kind in staat vriendschap te sluiten. Het samenwerken verloopt soepel en conflicten en ruzies worden opgelost.
Een kind met Inlevingsvermogen is in staat om zich te verplaatsen in de ander en kan zijn gevoelens daarop afstemmen. Een kind dat zich inleeft in de ander, laat merken dat het oog heeft voor anderen. Het weet wanneer andere kinderen hulp nodig hebben. Het tonen van deze vaardigheid draagt doorgaans positief bij aan het groepsklimaat.
De zeven onderdelen beïnvloeden elkaar. Een jongen die niet goed zijn impulsen kan beheersen en daardoor veel conflicten heeft, zal minder goed vriendjes maken. Kinderen in de groep zullen hem misschien gaan mijden. Hierdoor kan het kind zich minder gelukkig voelen en gaat zijn welbevinden omlaag. Een meisje dat erg vasthoudt aan haar eigen ideeën en het moeilijk vindt om deze los te laten, zal veel moeite ondervinden bij het samenwerken en samenspelen. Die jongen die alles maar goed vindt en niet zo vaak zijn eigen mening geeft. Durft hij wel zichzelf te zijn? En is hij hier gelukkig mee?
ZIEN! ondersteunt de leerkracht
De leerkracht heeft met ZIEN! een middel in handen dat hem helpt om de signalen die kinderen afgeven op te vangen. Hierdoor is hij in staat de kinderen in zijn groep beter te begrijpen. Doordat ZIEN! de leerkracht ook suggesties geeft voor ondersteuning, kan de leerkracht de groep, een groepje kinderen of een kind een stapje verder helpen wanneer er behoefte is aan hulp.